Ik blijf dus in Terneuzen, want ik won niet. Maar natuurlijk deel ik nu hier mijn inzending.
De
bank
Ze zit
op het strand. Het is er drukker dan ze verwacht had. De scholen zijn
toch al begonnen, de vakanties zijn voorbij. Waar komen al deze
mensen vandaan? Ze wil het antwoord niet echt weten.
Twee
jaar lang heeft ze gespaard, alle extra centen legde ze opzij. Als
serveerster kostte het vaak moeite om de eindjes aan elkaar te
knopen. Mannen wilden wel flikflooien met haar, maar een vette fooi
zat er vaak niet aan. Uiteindelijk had ze dan toch deze reis bijeen
gespaard. De brochure lag al vier jaar op haar salontafeltje. Elke
week telde ze opnieuw het geld, het werd er echter niet meer door. Ze
bewaarde het in een speciaal blauw blikje, dat ze van haar moeder had
gehad. Haar ouders waren nooit op reis geweest. Wat zouden ze zeggen
als ze haar hier zagen zitten? Dit was ook voor Rina haar eerste
verre reis. De kampweken in een dorp verderop telde niet mee.
Ze lacht
als ze vier jongens hoort gillen. Ze volgt de motorboot met de banaan
erachter. De jongens hebben allemaal een helm op en een reddingsvest
aan. De banaan ketst op de golven en meerdere malen stopt de boot,
omdat er iemand van de banaan is gevallen. Soms drijven ze alle vier
in het water. Ze vindt het geweldig om naar te kijken, maar zelf zou
ze liever op de brede bank mee over het water glijden. Ze vermoedt
dat die iets veiliger is. Terwijl ze het tafereel volgt, komt er een
knappe, donkere jongeman naast haar zitten. Hij heeft een flyertje
vast en duwt het ongevraagd in haar handen.
“You
like banana?” vraagt hij in gebrekkig Engels.
Ze
bekijkt het papiertje en ziet dat dit over de bank gaat. Ze haalt
opgelucht adem en geeft hem antwoord dat ze liever met deze bank over
het water gaat. Ze houdt de foto van de bank omhoog.
“It is
totally safe.” hij knikt er hard bij, alsof hij haar daarmee
overhaalt.
Ze knikt
bevestigend met hem mee, maar heeft een beetje twijfels en krijgt op
dat moment een nare kriebel in haar buik. Toch zegt ze dat ze wel een
rondje mee wil. Hij lacht van oor tot oor en springt op. Hij steekt
zijn beide duimen omhoog en rent weg. Hij roept nog naar haar dat hij
haar wel komt halen als het zover is. Ze steekt de flyer met een
glimlach in haar tas. Het zal een avontuur worden.
Twee
kinderen komen voorbij gerend, het losse zand stuift omhoog en
druppels koud zeewater landen op haar benen. Ze rilt ervan, wat als
ze straks van die bank valt? Ze wrijft de druppels weg met haar warme
handen. Ze haalt diep adem en als de lucht door haar neus naar buiten
stroomt, sluit ze haar ogen. Op dit volle strand in Bodrum komt ze
even tot rust. De geluiden rondom verstommen. De zon verwarmt haar
licht getinte huid. Ze heeft zich ingesmeerd met factor 50 en in haar
hotelkamer liggen voor de komende dagen factor 30, 15 en 6 ook al
klaar. Ze heeft zich goed voorbereid.
Ze opent
haar ogen wanneer ze een stem paniekerig hoort roepen: “Oh, my
god!”
Meer
mensen beginnen te roepen en zoals net de geluiden verstomden, zwelt
nu gegil in chaos aan. Zoekend naar de oorzaak, kijkt ze in het rond.
Bij de waterlijn houdt haar blik halt. Er drijft een geel met rood
gestreept plastic tussen de golven.
Ze staat
op en een automatisme leidt haar naar het water. Haar hersens draaien
op volle toeren. Wat ziet ze eigenlijk? Een motorbootje nadert in
volle vaart, krijsende stemmen komen van alle kanten. Vanaf het
strand zijn verschillende mensen tot bij het plastic gezwommen.
“Het
is de bank!” hoort ze zichzelf hardop zeggen.
De
gewonden worden op het zand gelegd.
“Helmen
vast laten zitten!” roept iemand, maar verstaan ze hier wel
Nederlands?
Twee van
de lichamen liggen in een rare, onbeschrijfbare houding. Zullen ze
straks nog kunnen lopen? Leven ze überhaupt nog? Sirenes van
ambulances naderen. De massa dromt in een kleiner wordende kring rond
de vier zwaar gewonden. Mensen filmen en maken foto's, ze walgt
ervan. Ze wil weg uit deze massa. Ze kan zich bijna niet bewegen.
Iemand duwt tegen haar schouder. Ze wil iets zeggen, maar er komt
geen geluid uit haar mond. Weer pakt iemand haar schouder vast.
“Miss
Rina.”
Versuft
opent ze haar ogen. Een knappe, donkere jongeman staat breed lachend
naast haar. Hij heeft haar een ritje verkocht op de geel met rood
gestreepte bank. Hij steekt zijn duimen op.
“Miss
Rina, wake up, you're next!”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten