Hier een stukje uit het boek. Ik heb genoten van de tijd in Afrika, maar ik heb het niet altijd even makkelijk gehad. Ik bleek de mindere te zijn. Wat ik dus absoluut niet ben, want:
IK BEN!
Samen
uit
In
Kafountine vind jaarlijks het carnaval plaats. Een week lang komen er
groepen optreden en wordt uiteindelijk een winnaar van het carnaval
bekend gemaakt. We zijn een keer samen naar een optreden geweest en
komen tot de conclusie dat het niet echt onze stijl muziek is.
Bovendien houden we van rust. Het besluit volgt al snel, geen
carnaval voor ons tweetjes.
Maar
als ik in Europa ben, gaat Raf wel een paar avonden. Ik vraag me af
waarom hij tegen mij zegt dat hij er een bloedhekel aan heeft en als
ik er niet ben gaat hij gezellig met Emanuel mee.
Achteraf
vallen veel puzzelstukken op hun plaats. De kleur is me duidelijk.
Rafael wil gewoon alleen in Afrika zijn. Dan kan hij feesten en
andere vrouwen ontmoeten, want momenteel is hij zowat de enige blanke
die geen zwarte vriendin heeft. Hij heeft een witte vriendin en die
loopt in zijn weg.
Feest
bij Cathy. Het restaurant bestaat 10 jaar en er wordt een groot feest
georganiseerd. Natuurlijk willen we daar wel heen. Misschien kan ik
wat dansen. Raf vindt Cathy een geweldige vrouw. Zij heeft wat
bereikt in het leven. Zij probeert tenminste vooruit te komen. De
eerste maanden prijst hij haar de hemel in.
Cathy
is inderdaad een leuke vrouw, ze heeft een neus voor zaken doen. Ze
is ook vaak op pad om haar restaurant verder te verbeteren. Ze
overlegt met Raf of ze wel of niet zonnepanelen aan moet schaffen. Ze
reist dikwijls met Ansumana de grens over naar Gambia en daar doet ze
dan haar boodschappen. Dit is goedkoper dan naar Ziguinchor reizen,
maar gevaarlijker ook, omdat de douane nogal eens op de loer ligt bij
de grens. Raf zegt dat Ansumana het ook wel alleen kan gaan halen,
want wij zijn ook met hem in de winkels geweest voor zonnepanelen.
Ansumana weet welke winkels het goedkoopst zijn en als hij alleen
rijdt is het voor Cathy ook veiliger. Anders pakken ze haar misschien
ook op.
Ik
ben net terug uit België, want ik heb mijn dochter weggebracht. Raf
en ik gaan samen met Rudy naar het feest. Het is niet in het
restaurant zelf, maar ergens achteraf. Als we aankomen is het al
behoorlijk druk. We lopen naar binnen en daar kust Raf een jonge
vrouw die achter de bar staat. Ik vraag aan hem waarom hij dat doet,
want dit heeft hij nog nooit gedaan. “Wie is die vrouw?”
“Die
werkt bij Cathy.” zegt hij.
Ik
zeg: “Die heb ik daar nog nooit gezien en je kust toch nooit het
personeel als we daar komen. Wat heb je vorige week uitgespookt toen
ik met Mariska naar België ben gevlogen?”
Hij
lacht en duwt me een pintje in mijn hand: “Stop met zeuren Ilonka.
Het is vandaag feest.”
Ik
loop boos naar buiten. Rudy komt me achterna. Hij wil graag dat ik
terug binnenkom, hij vertrouwt het niet als ik als witte vrouw alleen
buiten loop.
“Het
is niet makkelijk om hier te leven als vrouw. Je weet wat mannen
willen. Je weet ook dat Raf een man is en als jij er niet bent...vul
dat zelf maar in. Hij heeft ook zijn behoeftes.”
Ik
kijk hem aan en ik besef dat ik inderdaad niet alleen naar huis kan
gaan. Ik weet bovendien niet eens precies waar we zitten. Laat staan
welke kant ik op moet lopen.
Binnen
wordt gedanst en gezongen, getrommeld en gesprongen. Raf zegt niks
tegen mij. Rudy haalt nieuwe pintjes en ik zeg proost.
Dan
houdt Raf zijn fles omhoog en zegt: “Zo wil ik je zien, je leuke
kant.”
Ik
drink mijn flesje leeg en duw het in zijn hand. Ik draai mijn rug
naar hem toe en ga de dansvloer op. Even alles losgooien. Tussen een
paar leuke, jonge meiden geef ik alles. Op mijn blote voeten dans ik
op het ritme van de jembé. Na de dans krijg ik groot applaus en ik
bedank de meisjes die naast me dansten. Daarna gaan we naar huis.
Achteraf
zitten we een keer bij Cathy om te internetten. Er komt een man naar
ons toe en vraagt of we naar een afterparty willen komen. Hij heeft
gefilmd tijdens het feest en natuurlijk ook mijn dansen vastgelegd.
Ze gaan de film op groot doek laten zien. Raf wil niet, want het is
te ver door de stofbaantjes. Toen Rudy reed was dat geen probleem,
maar hij wil zelf niet rijden en ook geen taxi pakken. Ik vraag of de
man de film aan mij kan bezorgen, maar dat is moeilijk. Ik kijk Raf
nog eens aan, maar ik weet dat hij niet mee zal gaan. Deze keer stond
ik namelijk in de belangstelling en dat is volgens Raf boven hem. Ik
krijg vaak opdracht om mijn leuke, gezellige kant te laten zien, maar
ik mag niet opvallen of te veel aandacht krijgen. De aandacht moet
naar hem gaan, want hij is met belangrijker werk bezig hier dan ik.
Hij komt hier de mensen van alles leren, ze hebben zijn kennis nodig.
Ik heb nergens verstand van. Ik zou eens beter naar Cathy moeten
kijken, dat is een vrouw die vooruit gaat. Net als Deb Arbs, de vrouw
(uit Amerika) die hij jaren geleden tijdens de pokerspelletjes op
Facebook heeft leren kennen. Ze is een bodybuildster die lessen en
instructievideo's maakt. Zulke vrouwen doen tenminste iets voor de
wereld.
Nu
zou ik niet over Deb mogen beginnen, want dat is zijn
Facebookvriendin. En ik mag geen contact zoeken of zelfs maar praten
over zijn vriendinnen.
Voor
mij is een ding duidelijk, wat bij Raf na al deze jaren nog steeds
niet doordringt: “Ik ben een geweldige vrouw die met jou maar
liefst 6000 kilometer verhuisd is. Die voor jou je PR bijhoudt op
Facebook. Die al een aantal boeken heeft geschreven. Die spullen voor
je inzamelt en oproepen plaatst voor nog meer. Die naast je staat,
zit, ligt, in goede en in kwade dagen. Ik denk dat ik net zo goed ben
als Cathy, Deb en welke vrouw dan ook. Misschien zelfs wel beter!”
Hij
lacht ermee en bekijkt zijn mails. Leuk geprobeerd Ilonka.
Een
jaar later komen we niet meer bij Cathy, want het is helemaal naar de
klote. Ze is te veel weg en haar personeel stelt niks voor. Het eten
is vaak verbrand of niet gaar en hij heeft ruzie gehad met een van de
serveersters over een ijsje. Cathy is niks, de jongeman die bedient
is niks, de meisjes die er werken zijn niks, het restaurant is niks.
Misschien
omdat ze geen groenten bij hem wilde bestellen?
De
kermis bij de kerk is altijd gezellig. Er zijn wat spelletjes op de
school ernaast. Je kunt een hapje eten en natuurlijk ook drinken. Er
is de hele dag muziek en als je wilt ga je lekker dansen. Het is
vooral traditionele muziek, maar voor een paar uur redden we dat wel.
Meneer pastoor is elke keer blij als hij ons ziet. Hij bestelt ook
eten bij Raf en Raf wil graag varkens kopen bij meneer pastoor. Met
meneer pastoor kan hij goed opschieten. Als we hem ergens in het café
tegenkomen drinken we wat en maken we een babbeltje. Hij is een heel
gewone man en heeft hart voor zijn volk. Hij wil ook cajanus cajan
van ons kopen om in zijn tuin te zaaien. Als de parochianen dat zien,
volgen ze zijn voorbeeld. Dan heeft binnenkort (een jaar later toch)
iedereen de erwtjes op zijn terrein. Voedzame groente voor iedereen.
Meneer
pastoor gaat ook graag jagen en praat met Raf over de dieven- en
gewerenkwestie. We zullen ons mogen verdedigen, dat doet hij ook.
Wij
vinden hem leuk. Als we op 6 januari 2018 kuikentjes hebben, drinken
we met Patrice en Emanuel op de geboorte. Toevallig staat de volgende
ochtend meneer pastoor aan de poort en we grappen dat hij de
kuikentjes komt dopen. Hij komt de tuin bekijken en de dieren.
“Wat
doen jullie hier geweldig werk.” zegt hij. Hij wil dit voor al zijn
parochianen.
Raf
groeit er van, dit zijn teksten die hij elke dag wil horen. Geen
gezeur van zijn vriendin. Voortaan gaat hij alleen naar de kermis bij
meneer pastoor.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten